Geen horrorverhalen, ik ga je niet bang maken. Ja, het was verschrikkelijk, maar ik kon het, dus jij kan het ook 😉 Hier volgt mijn bevallingsverhaal!
Het was 1 juni, de verjaardag van mijn neefje en nichtje. De hele dag al had ik weer wat voorweeën en waar deze eerder die week na een paar uur steeds weer afzwakten, bleven ze nu aanhouden. Ze waren alleen niet extreem pijnlijk, ik hoefde nog niks weg te puffen en ze kwamen ook niet met een duidelijke regelmaat. Tot dat het een uur of vijf ’s middags was. Ik kreeg krampen waarvan ik wist, oké: dit zijn echte weeën. Ze deden duidelijk meer pijn dan het voorwerk dat eraan vooraf was gegaan. En ze kwamen meteen vrij snel achter elkaar.
Rond half zes kwam T. thuis. Hij moest snel wat eten en dan weer door naar een volgende rijles. Omdat ik de hele dag krampen had gehad, had ik de boodschappen nog niet gedaan. Ik had wel een lijstje gemaakt. Optimistisch als ik was gaf ik T. het lijstje en ik zei hem dat ik het gevoel had dat het nu echt wel eens kon gaan beginnen vandaag. T. vroeg of hij zijn leerling moest afbellen. ‘Nou wacht nog maar even, ga eerst maar boodschappen doen.’ Tien minuten later kwam hij terug van de supermarkt en vroeg ik hem of hij alsjeblieft maar snel even een boterham naar binnen wilde werken. Ik hoefde niks meer te eten, ik wilde alleen nog maar naar het ziekenhuis. ‘Laten we eerst even de weeën timen, zei T. maar na drie weeën, die om de drie tot vier minuten kwamen, heeft hij die app toch maar afgesloten en het ziekenhuis gebeld. We mochten gelijk komen.
In het ziekenhuis aangekomen, rond een uur of zeven, had ik drie tot vier centimeter ontsluiting. Ik mocht rustig de weeën wegpuffen en wachten, over twee uur zouden ze nog eens langs komen om op te meten. T. zette mijn dikke buik nog een laatste keer op de foto (toen kon ik nog lachen, zie je?) en lichtte ondertussen de naaste familie in over het feit dat de bevalling begonnen was. Dat werd dus een gezellige en spannende verjaardag bij mijn neefje en nichtje thuis. Zou het vóór twaalf uur vanavond nog gebeuren?
Twee uur later had ik vijf centimeter ontsluiting en dacht ik: O help, dit gaat echt heel lang duren. Ik had op dat moment zo’n heftige weeën, dat de gedachte dat het in dit tempo verder zou gaan met de ontsluiting me ontzettend angst aanjoeg. Niet veel later heb ik daarom om een ruggenprik gevraagd. Die hebben ze voorbereid, ik werd aan een infuus gelegd en er werd gebeld naar de recovery of ik terecht kon. Dat ging nog een uur duren zeiden ze, want ze hadden het te druk met spoedgevallen. Nou dat uur, kan ik je vertellen, was het pijnlijkste uit mijn leven. Ik heb geroepen om die ruggenprik, maar ze konden hem niet geven… ik moest rustig proberen te blijven en wachten. T. hielp me heel goed bij het letten op mijn ademhaling, hij deed steeds mee. Dat is érg fijn, want uit mezelf wilde ik steeds mijn adem vastzetten en dat is niet de bedoeling. Daarom een grote gó voor de cursus ‘Samen bevallen’ (daar zal ik later nog wel eens over schrijven) die we gevolgd hebben!
Na een uur kon ik dan eindelijk naar de recovery voor de ruggenprik. Maar voordat ze me daar naartoe brachten wilden ze nog even de ontsluiting meten, om er zeker van te zijn dat ik niet op de recovery ging liggen bevallen. En je raadt het misschien al, toen bleek ik al negen centimeter te hebben. Ik was er al bijna. Ik hoefde en mocht die hele ruggenprik niet meer. Achteraf wel prettig, want zonder ruggenprik is toch beter tijdens de persfase (minder risico’s, beter aanvoelen van de persweeën, enzovoorts). De verloskundige en de verpleegkundige waren trots op me: ‘je hebt het helemaal zelf gedaan’, ‘wat goed!’. En ik dacht alleen maar: waarom doen jullie alsof ik er al ben, het moet toch nog beginnen? Ik zag erg op tegen de persfase, ik vond het eng. Gek hè.
Maar goed… tien minuten later mocht ik al persen. De rest zal ik even zo kort en zo min mogelijk bloederig samenvatten: Persen op het bed; persen op de baarkruk; weer terug in bed; gynaecoloog erbij, vacuümpomp, knip erin (voel je niet, écht niet) en tadaaaa: daar was ze dan eindelijk.
Wat is dat een onwerkelijk moment zeg als ze dan tegen je zeggen: Kijk eens, KIJK EENS SIMONE, pak maar aan, hier is jullie kindje! En dat je haar dan zelf aanpakt op het moment dat ze geboren wordt. Dan is daar je kindje, ons kindje! Dat is pas verliefdheid op het eerste gezicht. Na anderhalf uur persen is op 2 juni 2015 om 01:16 onze lieve kleine Mirthe Bosters geboren. 3838 gram en 51 centimeter lang (of kort 😉 het is maar hoe je het bekijkt). De verjaardag van mijn neefje en nichtje was inmiddels afgelopen. En nu hebben we voortaan dus twee feestjes na elkaar 😉
En het is waar wat ze zeggen. Je voelt geen pijn meer als je kindje er eenmaal is, dan voel je alleen nog geluk. En het trillen van je spieren, want de adrenaline giert door je lijf! En je voelt je trots. Trots op je kleintje, maar ook trots op jezelf. Je hebt het toch maar mooi geflikt. Het is gelukt. De bevalling zit erop! Maar dan, dan komt er toch weer wat pijn, want dat hechten daar vanonder is geen pretje 😉 Maar ach, er ligt een prachtig hummeltje op je borst én het is geen vergelijk met de pijn die je daarvoor hebt doorstaan. Dan kan dat er ook nog wel bij!
Ondertussen werd ik geholpen Mirthe aan de borst te leggen. Na de eerste voeding mocht T. helpen met het aankleden van zijn kersverse dochtertje. Wat was hij trots toen hij haar vast had. Allebei onze ouders en mijn zusje D. kwamen midden in de nacht even kijken in het ziekenhuis. En toen ze weer weg waren, om half 4 ongeveer, gingen we nog wat proberen te slapen. Mirthe en papa sliepen heerlijk. Maar mama (dat voelt nu ineens níet meer gek om over jezelf te zeggen) kon eerst de slaap niet vatten, om vervolgens na een uurtje weer wakker te worden. Ik kon mijn ogen niet van die kleine afhouden.
’s Ochtends volgt meteen de volgende mijlpaal: als je naar huis mag. Je komt met zijn tweeën en je gaat met zijn drieën, als een echt gezinnetje, weer naar huis.